Snert

Henk en Ingrid hebben ruzie. Ingrid zei dat de erwtensoep van de moeder van Henk niet echt lekker is. Dat kwam omdat ze waren uitgenodigd door de moeder van Henk voor het jaarlijkse erwtensoepfeest. Meestal op 1 november. Dat vindt Herma een goede datum.

Het begin van de erwtensoepperiode. Dan komen de buren ook allemaal, want ze zijn door Herma, zo heet de moeder van Henk, met enige aandrang uitgenodigd. Herma maakt wel tien liter snert en ze kan het toch moeilijk weggooien. Nu houdt Ingrid niet van erwtensoep. Erwtensoep maken vindt ze een misverstand, laat staan het opeten ervan. Om de avond te overleven, neemt Ingrid tegen heug en meug een klein bordje en drinkt ze iets teveel rosé. Thuisgekomen – Henk heeft gereden ondanks alle pilsjes – zegt Ingrid tegen Henk dat ze erwtensoep niet lekker vindt en zeker niet die van Herma. Vandaag niet en alle jaren ervoor ook niet. Henk is ook niet echt dol op erwtensoep, maar hij wil zijn moeder niet afvallen. Het is tenslotte zijn moeder. Henk zegt dat de moeder van Ingrid ook niet kan koken. Dat is niet waar, dat weet Henk ook wel, maar hij voelt zich aangevallen. Henk raakt steeds meer in paniek, omdat hij de discussie niet kan winnen. Ingrid raakt ook in paniek omdat ze steeds harder beginnen te schreeuwen. Op gegeven moment loopt Henk de deur uit, omdat hij bang is voor zijn eigen agressie. Terwijl Henk over het tuinpad loopt, roept Ingrid hem achterna: “Lafaard!”