Een dichter schrijft wel ereis een gedicht. Heeft hij er een aantal geschreven, dan moet hij een tijdje leuren bij litteraire tijdschriften. Heeft hij daarin een paar gedichten gepubliceerd, dan is er soms een uitgever bereid een zeker verlies te accepteren. Heeft de dichter geluk, dan komt er een niet al te slechte bespreking in een provinciaal dagblad. Kosten voor de kunstenaar: fl. 3,50, inclusief pen/tekstverwerker en papier (drank niet meegerekend).
Een schilder kwast wel ereis een doek vol. Heeft zij er een paar af, dan bezoekt ze een aantal galeries. Meestal vindt ze er wel eentje die bereid is voor een zeker hanggeld een tentoonstelling van haar werk te organiseren. Er komt dan een vernissage, waar goedkope hapjes en drankjes worden geserveerd. Het is gezellig. De plaatselijke huis-aan-huiskrant verminkt het persbericht niet al te erg, dat scheelt weer. Kosten voor de kunstenaar: fl. 350 tot 3500, inclusief doek, verf en hangkosten (crèche niet meegerekend).
Een filmer schrijft wel ereis een scenario. Als hij er weer eens eentje af heeft, stapt hij naar een producent. Daarna stapt hij naar een andere en dit gaat zo’n drie jaar door. Het scenario kost niks. Elke tandarts kan er een in zijn vrije tijd schrijven. Het maken van de film zelf is andere koek: er moet een crew aanwezig zijn en wat spelers. Het kunnen vrijwilligers zijn, maar dan krijg je meestal niet de besten. De apparatuur kost ook geld. Je moet iedereen spijs en drank leveren. Als je geen producent vindt, wordt het een tweede hypotheek op het huis, het aanspreken van de erfenis en het chanteren van familie en vrienden. Gelukkig wordt de film – stel dat hij afkomt – gedraaid op het filmfestival van Oudewater.
Doe het toch niet! Schrijf een roman, een dichtbundel, ga kleien, componeer een fluitsonate, ga desnoods in een popgroep spelen. Dat kost niet zoveel en een relatie is nog steeds mogelijk. GA NIET FILMEN.
(LH)
No comment yet, add your voice below!