Souzemangels

Geachte lezer, kent u het woord souzemangel? Als u ja zegt, bent u mijn broer. Mijn vader bezigde dit woord als hij het had over slechte tanden. ‘Brr, die heeft een stel souzemangeltjes!’ Ik heb dat woord altijd beschouwd als iets dat niet tot het normale taaleigen van een Nederlander behoort, maar ook niet iets dat mijn vader zelf had bedacht. Ik kende ook rare woorden als attenooie, bijgoochem, leplazerus, vinketering, achenebbisj, jajem, geteisem en hoteldebotel. (Aquaduct kwam later.) Mijn Hagenese opa van moeders kant was behalve brillenslijper ook handelaar.

Continue reading

Filed under: Missive, Taal- en Letterkunde

Rotterdam

Rotterdam is een hele fijne stad Stop dat maar in je knoopsgat Niemand is hier aangepast Toch alles zonder enige vorm van bombast Onze nachtburgemeester is Jules Deelder Want niemand dan hij kijkt verveelder Overdag is het Abouthaleb Voor de PvdA een uitlaatklep In de oorlog zijn wij gebombardeerd Dat...

Continue reading

Filed under: Eloy BGM Everwijn, Fictie, Gedichten